Werken aan vrede
Denkend over vrede en de Jacobusbrief
Er stond een uitgebreid interview in de krant. Iemand vertelde over zijn de juiste mensen op mijn pad. En ik had die drang om mijzelf te bewijzen. En dat zit er nog wel in, hoor. Maar minder. Ik lees al jaren geen krant meer. Er is zoveel ellende in de wereld, ik kan daar niets aan veranderen. Ik doe dat ook om mijzelf te beschermen, mijn hoofd zit vaak al zo vol. Moet die nare buitenwereld er ook nog bij? En moet ik daarmee dan creatief en positief aan de slag? Hoe leger mijn brein, hoe makkelijker ik functioneer. Ook dat heb ik door de tijd geleerd. Ik raad dat iedereen aan.”
Best te begrijpen. Geen krant meer lezen. Het journaal uitzetten. Jezelf afschermen van alle ellende in de wereld. Je kunt er toch niets aan veranderen. Ik heb al genoeg aan mijzelf, moet die nare buitenwereld daar ook nog bij? En moeten wij daar dan positief en creatief mee aan de slag? Sommigen worden echt ziek van alle narigheid.
Maar toch… wij staan toch midden in die wereld? Wij maken toch deel uit van die alledaagse werkelijkheid? En je kunt toch ook proberen bewust aanwezig te zijn in de wereld van vandaag als gelovig mens, luisterend naar het Woord, trouw in het gebed, solidair met de nood van mensen?
Grote wissels omleggen in de wereldpolitiek is niet aan ons. Immense noden oplossen is ons niet gegeven. Overal iets verstandigs van vinden en daarmee ieder recht doen is praktisch onmogelijk. De onderliggende problemen zijn vaak zo ingewikkeld. Wat kunnen wij? Maar wij kunnen toch wel iets? Al was het maar iets simpels in onze kleine dagelijkse werkelijkheid. Een steentje verleggen in de rivier, die de stroom een klein ietsje ergens anders heen stuurt.
Ergens werd gevraagd: wat willen we eigenlijk bereiken met zoiets als de vredesweek of een viering op vredeszondag?
We leven in een tijd waarin allerlei meningen luidkeels klinken. Debatten zijn hard en gepolariseerd. Een gulden middenweg wordt vaak geblokkeerd door stevige standpunten. – Wil vredesweek of vredeszondag het laatste antwoord vinden? Of juist een oase van rust bieden in alle onzekerheden? Of wil vredeszondag alleen maar weer even wijzen naar wat mensen echt kan verbinden met elkaar, een eerste stap naar werkelijke vrede?
Denk ook aan de stilte. In een viering op vredeszondag bijvoorbeeld kunnen wij even stil worden om de stem van God ook te verstaan in de angstkreten, in het roepen van mensen die vernederd en bedreigd worden, die zich verraden of verlaten voelen in het gewoel van onze wereld.
Vredeswerk probeert een brug te slaan tussen geloof en leven. Vredeswerk wil ons wijzen op het feit dat een gelovige christen zich niet kàn afsluiten voor de werkelijkheid van alle dag. Zoals Jacobus het in zijn brief ( Jac. 2, 14 e.v.) duidelijk zegt: geloven in de Heer zit vast aan echte konkrete daden. Je kunt niet zeggen: ik ben een gelovig mens en tegelijk niet handelen juist vanuit dat geloof.
Jacobus zegt: Wat baat het een mens te beweren dat hij geloof heeft als hij geen daden kan laten zien? En dan geeft hij zo maar een klein voorbeeld uit het gewone dagelijkse leven. Hij zegt: stel dat een medemens van jou niets heeft om aan te trekken en niets te eten. Kun je dan zeggen: Sorry, ik wens je echt het allerbeste en verder: je zoekt het zelf maar uit. Daarover zegt Jacobus heel nuchter: geloof zonder daden is dood.
Jacobus was niet zo maar iemand. Ergens wordt hij genoemd: een broer van de Heer. Hij is een van steunpilaren van de jonge kerk. Hij ziet heel scherp. Hij zag in zijn gemeente dat rijken een voorkeursplaats kregen. Armen hingen er maar wat bij.
Dat stak hem zeer. Hij zegt: zo mag het niet gaan in een christelijke gemeenschap. De geloofsgemeenschap is geen kopie van de grote wereld.
Jacobus heeft blijkbaar heel goed naar broeder Jezus geluisterd. Hij zegt: kijk goed, let scherp op dingen die evident misgaan. En doe er dan wat aan. Geloven is nu eenmaal een serieuze zaak. Geloven is niet los verkrijgbaar. Geloven en goed-doen dat hoort bijelkaar.
Maar Jacobus zou ook zeggen: ook als je goed doet in het kleine, dan ben je al heel goed bezig: dan ben je al vrede aan het zaaien.
En is dat niet een troostende gedachte op vredeszondag?
pater A. Niesen o.p.